(12) Shchegolev,V. (Viacheslav) - Andreiko,A. (Andris)
Kwalificatie Challenge Mondial USSR 1962 4e, 1962.07.01
1.32-28
20-25
2.33-29
16-21
Een scherpe variatie van deze opening in plaats van het meer gebruikelijke 17-21 of 17-22. Het zet wit voor een dilhemma. Gezien de stand in de match had de witspeler op dit moment geen baat bij scherp spel.
3.31-26
[ Een exotische mogelijkheid in deze stand is
3.29-23
18x29
4.34x23
19-24
5.23-19
14x32
6.38x16
Hisard speelde het tijdens het suikertoernooi en het wereldkampioenschap tegen Andreiko, Gantwarg en Kuijken. Het is overduidelijk onzinnig. Het is inmiddels 80 keer voorgekomen. Schijf 16 is geen actieve schijf. Maar als je hem als zwartspeler op het bord wilt houden, dan is het zeer lastig de korte vleugel in het spel te krijgen. ]
[ De helft van de witspelers heeft het voorzichtige
3.39-33
gespeeld. Na
21-26
( Interessanter is
3...11-16)
4.37-32
26x37
5.42x31
19-23
6.28x19
14x23
heeft zwart een alleszins redelijke stand. ]
3...11-16
Deze zet is 124 keer gespeeld.
[ Vaker (198x) zie je
3...18-22
met een overgang naar de 32-28 16-21 opening. ]
4.37-32
[ Vaker wordt het schema
4.39-33
18-22
5.37-32
21-27
6.32x21
16x27
A) 7.44-39
13-18
8.38-32
27x38
9.43x32
9-13
10.41-37
15-20
11.46-41
7-11
12.48-43
1-7
13.42-38
10-15
14.50-44
5-10
15.47-42
3-9
16.28-23
19x28
17.32x23
11-16
18.35-30
16-21
19.30-24
21-27
20.37-31
25-30
21.34x25
13-19
22.24x13
8x28
23.29-24
20x29
24.33x24
9-13
gespeeld, zoals meerdere malen behandeld is op de masterclass.
B) Een bekend maar in deze stand zelden gespeeld idee is
7.42-37
6-11
( Een goed plan voor zwart is volgens Gantwarg
7...13-18
8.37-32
6-11
9.32x21
11-16
10.41-37
16x27
zoals gespeeld werd in de partij Gantwarg - v.d. Borst.
) 8.36-31
27x36
9.26-21
17x26
10.28x6
14-20
en er ontstaat interessant randschijvenspel. ]
4...15-20
Op dit moment in de tijd was deze stand nog nooit eerder voorgekomen. Later is hier vooral 7-11 en 18-22 gespeeld.
[ Na
4...18-22
5.39-33
21-27
6.32x21
16x27
hebben we weer bovenstaande variant. ]
[ Op
4...7-11
heeft wit de tijd voor de oversteek
5.41-37
en de variant
A) 5...18-22
6.39-33
21-27
7.32x21
16x27
ligt minder voor de hand.
B) De consequentie is dat er
5...1-7
B1) 6.46-41
18-22
gespeeld wordt met een overgang naar een variant van de 32-28 16-21 opening.
B2) Magertjes is
6.39-33!?
21-27!
7.32x21
16x27
8.37-32
11-16
9.32x21
16x27
10.46-41?!
en er is 18-23, 19-23 en 7-11 gespeeld.
( De variant
10.38-32
27x38
11.43x32
is nu vanzelfsprekend minder dan in de hoofdvariant.
) ]
5.39-33
10-15
6.44-39
5-10
7.41-37
7-11
8.50-44
18-22
Zwart keert terug naar de variant uit de 32-28 16-21 opening. Maar onder aanmerkelijk minder omstandigheden. Wit heeft geen 46-41 gespeeld. Voorts heeft hij zelf reeds de zet 5-10 gespeeld, waardoor de Springeruitval aantrekkelijk is voor wit. In de beroemde 18e matchpartij Sijbrands - Andreiko speelde Andreiko (met 46-41 en 1-7) het nieuwtje 4-10 i.p.v. 5-10. De compleet verraste Ton Sijbrands besloot na een langdurig denkpauze tot het voorzichtige 32-27x27.
[ In aanmerking komt
8...19-23
9.28x19
14x23
maar na
10.46-41
21-27
11.32x21
16x27
12.37-31
is Leiden in last.
A) Immers sluiten met
12...17-22?
faalt op
13.33-28!
22x24
14.31x22
18x27
15.34-30
25x34
16.40x16
met schijfwinst.
B) Laten slaan via
12...1-7
13.31x22
18x27
14.29x18
13x22
( Slaan naar het centrum
14...12x23
ligt hier door de aanwezigheid van schijf 25 minder voor de hand. Bv
15.33-29!
13-18??
16.29-24!
20x29
17.38-33
29x38
18.43x1)
15.41-37
geeft wit een kansrijke omsingeling tegen de valse staart. ]
9.37-31
Dit is een extra mogelijkheid.
[ De bekende stand is
9.46-41
1-7
10.28-23
19x28
11.32x23
13-18
12.35-30
9-13
13.40-35
21-27
A) In ruim de helft van de gevallen ging het verder met
14.37-31!?
20-24!?
( Lastig is
14...3-9
15.44-40
13-19
16.41-37
19x28
17.29-24
20x29
18.34x21
16x27
en wit heeft geen behoorlijk tempo om te laten slaan.
; Via
14...13-19
etc. kan zwart afwikkelen naar een 'normale' stand.
) 15.29x9
18x40
16.45x34
(16.9x18?
25x34!
17.39x30
22x13
18.45x34
16-21
19.31x22
17x50
20.26x17
12x21)
16...3x14
17.30-24
14-20
18.34-30
25x34
19.39x30
20x29
20.33x24
en zwart heeft iets wat je een postionele puinhoop zou kunnen noemen.
B) Een andere mogelijkheid is
14.44-40?!
13-19
B1) 15.37-31!?
19x28
16.29-24
20x29
17.34x21
16x27
18.41-37
25x34
19.40x29
( Niet beter is
19.39x30
18-23)
19...14-19
( De zet
19...8-13!?
om het opkomen van schijf 45 te verhinderen is na
20.35-30!
slechts een zet leuk. Wit krijgt vermoedelijk de hergroepering (14-19) 30-24 en 29-23 met een kansrijke omsingeling tegen de valse staart.
) Er dreigt nu 17-21, 27-32 en 18-23x41. Aangewezen is
20.37-32
8-13
21.32x21
22-28
22.33x22
18x16
en zwart heeft een normale stand. De schijf op 29 is een dankbaar aanknopingspunt.
B2) In een corresponentiepartij Karman - IJzerman ging het verder met
15.30-24!?
19x28
16.38-32
27x38
17.43x23
B2a) 17...8-13!
en het staat volgens de computer ongeveer gelijk. Dat wordt evenwel niet ondersteund door concrete varianten. In de partij liet de witspeler zich verrassen door de finesse
18.42-38
3-8
B2a1) 19.48-43
16-21
20.35-30
21-27
en
21.37-31?
( In de partij volgde
21.38-32
27x38
22.33x42
en het liep later nog remise.
; Het alternatief
21.47-42
27-31
22.36x27
22x31
23.41-36
17-22
24.36x27
22x31
25.37-32
31-36
26.42-37
11-17
27.33-28
18-22
is wat magertjes voor wit.
) 21...27-32!
22.38x27
22-28
23.23x32?
( Nodig is
23.33x22
17x19
en er is een wonder nodig om het avontuur te overleven.
) 23...18-23!
( Ook
23...13-19
24.24x22
17x46
is geen feest.
) 24.29x9
20x38
25.9x20
15x33
is wat pijnlijk.
B2a2) Een scherp gevecht kan ontstaan via
19.47-42
16-21
20.49-44
21-27
B2a21) Hier is de ruil
21.33-28
22x33
22.39x28
17-21
23.26x17
11x33
onspeelbaar.
B2a22) Een mogelijkheid is
21.48-43
11-16
( Na
21...27-31
22.36x27
22x31
23.41-36
17-22
24.36x27
22x31
25.37-32
31-36
26.42-37
11-17
27.33-28
18-22
28.38-33
17-21
29.26x17
22x11
30.34-30
25x34
31.39x30
hebben beide spelers een nogal zwakke lange vleugel.
) 22.33-28
22x33
23.39x28
7-11
en zwart staat overwegend.
B2a3) Het iets veiliger ogend
19.48-42
stuit op
16-21
20.49-43
21-27
21.35-30
( Een interessante actie is
21.24-19
13x24
22.34-30
25x34
23.39x19
4-9
24.40-34
20-25
en schijf 19 resp. 23 is in grote nood.
) 21...11-16
22.37-31
7-11
23.41-37
16-21
24.47-41
11-16
en wit heeft geen speelbare zet meer.
B2b) 17...4-9
18.37-32
9-13
19.32-27
( Interessanter is
19.32-28!
13-19
20.24x13
8x19
21.42-38
en vermoedelijk staat wit bevredigend.
) 19...22x31
20.36x27
13-19
21.24x22
17x19
22.27-21
16x27
23.29-23
19x28
24.33x31
is niet minder voor zwart. ]
9...1-7
10.47-41
19-24
[ Heel erg slecht is de afwikkeling
10...22-27!?
11.31x22
19-23
12.29x18
12x23
13.28x19
17x37
14.26x17
11x22
15.42x31!
( Na
15.41x32
13x24
moet wit rekening houden met hergroeperingen.
) 15...13x24
16.41-37
]
11.31-27
22x31
12.36x27
14-19
13.41-37
10-14
14.46-41
13-18
15.28-23
[ De schijfwinst
15.35-30
24x35
16.28-22
17x28
17.33x24
9-13
18.26x17
11x31
19.37x26
14-19
is maar tijdelijk. ]
15...19x28
16.33x13
9x18
17.37-31
Wit sluit veld 31 om de bevrijding 17-22 eruit te halen. Andere zetten zijn er nauwelijks. Veld 33 kan niet gesloten worden.
[ Na
17.41-36
24x33
18.39x28
17-22
19.28x17
11x31
20.26x17
12x21
21.37x17
wint zwart het verloren stuk terug met houdbaar spel. ]
17...24x33
18.39x28
8-13
19.41-36
2-8
20.44-39
3-9
21.39-33
20-24
22.49-44
14-19
23.43-39
4-10
24.48-43
10-14
25.34-29
[ Geen goed idee is
25.42-37
18-22
26.27x18
13x22
en wit kan geen vin meer verroeren op de lange vleugel. ]
25...14-20
[ De computer stelt
25...18-22
26.27x18
12x34
27.40x20
15x24
28.31-27
voor. Het witte voordeel is daarna iets geslonken. ]
26.29-23
[ Na
26.42-37
18-22
27.27x18
12x34
28.40x29
19-23
29.28x30
25x23
leeft zwart nog een beetje. ]
26...18x29
27.42-37
29-34
28.39x30?
[ In aanmerking komt
28.40x29!
19-23
29.28x30
25x23
30.33-29
23x34
31.39x30
]
28...25x34
29.40x29
12-18
30.29-23?
Deze schijf ziet wit nooit meer terug.
[ Op
30.43-39!
A) Is de prik
30...18-22
31.27x18
13x22
redelijk speelbaar voor zwart.
B) Zwart heeft hier ook de gekke afwikkeling
30...17-22
31.26x17
18-23
32.29x18
24-29
33.33x24
22x42
34.37x48
19x30
35.35x24
11x22
en het lijkt wel weer te gaan. Echter
36.18-12
8x17
(36...7x18
37.27-21
16x38
38.31-27
22x31
39.36x27
20x29
40.48-43
38x40
41.45x14)
37.27x18
13x22
38.24-19
is hoogst bedenkelijk. ]
30...18x29
31.43-39
9-14
32.44-40
7-12
33.39-34
20-25!
Een typische computer truc. Zwart ontneemt via een tussenzet wit het tempo nodig voor de combinatie naar veld 2.
34.34x23
13-18
Leiden is in last. De zet 35-30 werkt niet.
35.27-22
18x27
36.31x22
21-27
37.32x21
16x29
38.35-30
24x44
39.33x2
44-49
40.2x16
49x46
41.28-22
17x28
42.26-21
6-11
43.16x10
15x4
44.21-17
28-33
45.17-12
33-39
46.12-7
39-43
47.7-1
43-49
48.1-6
46-37
49.6-33
37-26
50.33-39
49-21
51.39-6
21-16
52.6-50
16-7
53.50-33
25-30
54.33-44
30-35
55.44-50
7-1
56.50-6
1-34
57.6-33
35-40
58.33-50
4-10
59.50-6
10-15
60.6-50
15-20
61.50-33
20-25
62.33-6
26-37
Opgegeven. Zwart maakt een danjs met de dam, terwijl wit maar twee velden heeft t.w. 6 en 50. Zwart eindigt op 26 als op de witte dam op 6 staat. Bv
63.6-50
37-42
64.50-6
42-26
65.6-1
26-12
0-2